Jonggivers
Legervergadering van de jv's
Wat doen ze?
Jonggivers (11–14 jaar) trekken er graag op uit in de natuur of verkennen hun buurt. Op tentenkamp koken ze hun eigen potje, bouwen ze hun eigen tafel en tafelvuur. In vaste leefgroepjes of patrouilles werken ze samen en nemen ze initiatieven: van kattekwaad tot leuker. Jonggivers krijgen een waaier van mogelijkheden om mee te beslissen, zelf de handen uit de mouwen te steken en allerlei vaardigheden onder de knie te krijgen. Stilaan leren ze dat scouting niet stopt als de vergadering is afgelopen.
Totem
Het geven van totems, diernamen, is een traditie die haar oorsprong vindt in de riten en gewoonten van vele natuurvolkeren, zowel bij de indianen van Noord-Amerika als bij de Afrikaanse volkeren. Bij deze volkeren bestond de gewoonte, de eigenschappen (zowel fysieke als morele) van een krijger te vergelijken met de eigenschappen van dieren, planten of andere natuurelementen. De kern van de totemisatie is het noemen van een persoon naar een dier met wie hij het meeste eigenschappen gemeen heeft. Tijdens zijn koloniale reizen in Afrika maakte Baden-Powell hiermee voor het eerst kennis. Zo is de totemisatie in scouting terecht gekomen. Bij de jonggivers krijg je op kamp het tweede jaar je totem: dit is altijd een dierennaam, bv. “vos”. Later, het eerste jaar bij de givers, krijg je je “voortotem”, bv. “sluwe”.